De Waterdoop

Oorzaak van verwarring
door C. HASKELLYADON

Onze mensen, die geloven IN en de waterdoop toepassen MET onderdompeling in de Naam van de Heer Jezus Christus, worden vaak door andere groepen het verwijt gemaakt dat wij hiermee verwarring stichten. Zou U de moed kunnen opbrengen dit onderwerp eens van ons standpunt te benaderen.

Laten we dan eens beginnen met een reis te maken door het Boek van Handelingen en de kerken bezoeken die door verschillende Apostelen in verschillende steden en onder verschillende geslachten van mensen waren opgericht. Laten we speciaal eens aandacht geven en nagaan of er onder hen ook verwarring bestond omtrent de “waterdoop”.

In het Boek van Handelingen vinden we negen vermeldingen van doopdiensten. Geen twijfel dat er nog andere zijn, maar deze negen komen voor tijdens de bediening van de Apostelen. Zeven van de negen vermeldingen van “doop” behoren tot de oprichting van zes verschillende kerken. De andere twee vermelden de doop van de ethiopiër en die van Saulus. We willen in de eerste plaats een onderzoek instellen bij de zes kerken waarvan de leden door de Apostelen waren gedoopt.

DE KERK TE JERUZALEM
Hand. 2:37-41

Aan de Joden, die diep onder de indruk waren van Petrus’ woorden gaf hij de volgende instructie: “En Petrus zeide tot hen: Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt in den Naam van Jezus Christus, tot vergeving der zonden; en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen.”.We mogen aannemen dat het hier de geboortedag van de kerk betrof. Petrus beging daarbij zeker geen fout, want God zegende zijn bediening met ongeveer 3000 zielen die zijn woorden graag aannamen en gedoopt werden.

DE KERK VAN SAMARIA
Hand. 8:12-17

De mensen van Samaria geloofden de prediking van Filippus aangaande het Koninkrijk van God en de Naam van Jezus Christus. Daarom werden beiden, zowel MANNEN als VROUWEN (geen babies), gedoopt in de Naam van Jezus Christus. Waar had Filippus de formule van de doop in de Naam van Jezus Christus vandaan? Zonder twijfel van zijn kerk in Jeruzalem.

In Hand. 8:34-39 vinden we dat Filippus de Ethiopiër doopte. We kunnen dus aannemen dat Filippus die de mensen van Samaria doopte in de Naam van Jezus Christus, ook de Ethiopiër in de Naam van Jezus heeft gedoopt.

DE KERK TE CESARÉA
Hand. 10:44-48

Terwijl Petrus tegen de heidenen te Cesaréa over Jezus predikte, viel de Heilige Geest op allen die het Woord hoorden. Onmiddellijk daarop werd een doopdienst gehouden, want hij (Petrus) beval hen dat zij gedoopt moesten worden in de Naam van de Heer. De NBG51 vertaling zegt: “…in de Naam van Jezus Christus”. Zo zien we dat zowel de Joden van Jeruzalem, de mensen van Samaria, en ook de heidenen van Cesaréa, werden gedoopt in dezelfde NAAM.

DE KERK VAN FILIPPI
Hand. 16:14, 15, 25-34

De eerste bekeerling in Europa was een vrouw genaamd Lydia, zij opende haar hart voor de Heer Jezus door de prediking van Paulus. Na het horen van de preek liet zij zich dopen en ook haar ganse gezin. De Filippense gevangenbewaarder en zijn huisgezin werden eveneens ook gedoopt. Deze mensen waren de eerste leden van de kerk te Filippi. Er wordt niet gezegd in welke Naam deze mensen waren gedoopt, maar, zoals we later zien, doopte Paulus de Efeziërs in de Naam van de Heer Jezus. Daarom is het dan ook duidelijk dat de bekeerlingen te Filippi in de Naam van de Heer Jezus waren gedoopt.

DE KERK TE CORINTHE
Hand. 18:1-11

De eerste vruchten van Paulus’ bediening in Korinthe waren Crispus en zijn huishouding, en vele anderen die geloofden en gedoopt waren. In de eerste brief van Paulus aan de Korinthiërs vinden we de aanwijzing in welke Naam zij waren gedoopt: ” …. Is Paulus voor u gekruist? Of zijt gij in Paulus naam gedoopt?” (1 Kor. 1:13). Er is geen twijfel mogelijk dat de Corinthiërs waren gedoopt in de Naam van Hem Die voor hen gekruisigd was.

DE KERK VAN EFEZE
Hand. 19:1-7

Hier vond Paulus sommige discipelen die alleen van de doop van Johannes hadden gehoord. Nadat hij hen het evangelie duidelijk had gemaakt, doopte Paulus hen in de Naam van de Heer Jezus. God gaf getuigenis aan hun gehoorzaamheid, door hen te vervullen met de Heilige Geest, waarna zij in vreemde talen begonnen te spreken en profeteerden.

De laatste vermelding van „doop”, welke we in overweging mogen nemen is die van de Apostel Paulus (Hand. 9:15). Paulus werd gezegd dat hij de Naam van Jezus moest uitdragen aan de heidenen. Zijn persoonlijk getuigenis vinden we in het 22ste hoofdstuk van Handelingen, en daarvan de 16de vers. Hij citeerde wat Ananias sprak: ”En nu, wat vertoeft gij? Sta op, en laat u dopen, en uw zonden afwassen, aanroepende den Naam des Heeren.” Ook in Romeinen 6:3 zegt Paulus: “….Of weet gij niet, dat zovelen als wij in Christus Jezus gedoopt zijn, wij in Zijn dood gedoopt zijn?” Paulus spreekt hier over hendie gedoopt zijn in Jezus Christus, met inbegrip van zichzelf.

De Galatiërs waren in Christus gedoopt (Galaten 3:27). Maar ook de Kolossensen waren met Hem begraven in de doop (Kolossensen 2:12). Het was enkel en alleen de doop in de „Naam van de Heer Jezus Christus”, zonder uitzondering of verontschuldiging voor een andere formule.

We hebben elke doop, zoals die onder de bediening van de apostelen is vermeld, aangehaald. Daarbij hebben wij geen enkel conflict aangetroffen. Willen wij deze zaak eerlijk onder ogen zien, dan kan door niets worden aangetoond dat er in de vroegere gemeente verwarring over heeft bestaan. Wél zullen er ongetwijfeld zijn die hun gedachten laten gaan naar Mattheüs 28:19. Maar zeker is dat er nergens enige vermelding wordt gevonden van een doopdienst, waarbij de Apostelen bij een bekeerling de woorden van Matth. 28:19 letterlijk hebben herhaald. Evenmin vinden we enige uitleg voor het „niet gebruiken” van de z.g.n. drieëenheidsformule, noch een poging dit overeen te brengen met de doop in de Naam van Jezus Christus. Het is algemeen bekend dat men de drie-in-één-formule pas in de tweede en derde eeuw begon toe te passen. Als U hieraan mocht twijfelen kunt U de kerkgeschiedenis bestuderen. Dit is de beste proef om alle twijfel uit te bannen.

Wij nemen aan dat het bovenstaande bij sommigen verwarring en twijfel zal opwekken, want het wordt praktisch nergens zo gepredikt. Maar is het daarom recht om ons er van te beschuldigen dat wij die verwarring stichten? Is het niet veel eerder de traditie die hierin de grootste rol speelt? En waaraan geeft U de voorkeur: de Bijbel, of de traditie?